Richt je niet alleen op snelheid

Columns

Diederik Greive, hoofdofficier van justitie van het parket Noord-Nederland, is gefascineerd door het woord ‘keten’. Volgens de hoofdofficier brengt deze ouderwetse metafoor ons in de problemen. ‘De nadruk ligt te veel op lineairiteit, logistiek en snelheid.’

“Wie vindt het nu fijn om in een keten, dat wil zeggen geketend, te werken? Het woord ‘keten’ roept de associatie op dat je aan elkaar vastzit. Als ik een ‘strafrechtketen’ visualiseer, dan zie ik een logistieke keten voor me waarin een dossier op chronologische wijze van A naar B naar C moet. Terwijl we in werkelijkheid eerder in ketens binnen netwerken samenwerken waarin sprake is van allerlei afhankelijkheden. Vaak zijn we losjes met elkaar verbonden. En zijn er ook partijen die geen onderdeel uitmaken van de keten, maar in het netwerk wél een rol spelen.

Het gebruik van de ouderwetse metafoor ‘keten’ brengt ons soms in de problemen. De nadruk ligt veel op het chronologische tijdseffect, alles moet zo snel mogelijk. We hebben het over het verkorten van doorlooptijden en het optimaliseren van het proces. Ik zou ervoor willen pleiten om tijd meer te gebruiken om te komen tot een betere kwaliteit. Of tijd te zien als het goede moment om een interventie te plegen.

Effectievere interventies

Natuurlijk is het verleidelijk om snel een beslissing te willen nemen bij urgente zaken als roof, bedreiging, mishandeling of huiselijk geweld. Maar als je je alleen maar richt op de snelheid, dan loop je het gevaar dat je patronen uit het verleden, gedragsproblemen en relevante contextinformatie van netwerkpartners over het hoofd ziet. Bij contextgericht werken kijk je over de keten heen. Informatie over het verleden bij elkaar zoeken en andere partijen raadplegen kost tijd, maar kan patronen aan het licht brengen waardoor je tot een kwalitatief betere en effectievere beslissing komt. Alleen sturen op output – afspraken over aantallen – brengt het risico met zich mee dat je een gewoonte ontwikkelt om hard te werken aan weinig effectieve interventies. Je leert er weinig van en raakt bijziend voor de keten en netwerkeffecten. Daarbij is het juiste doen, zoals de regels volgen en cijferafspraken halen, niet hetzelfde als het goede doen: rechtvaardigheid vergroten.

Daarnaast moeten we meer ons best doen om de keten van papier te tillen. We spreken over ‘producten’ en over de overdracht van dossiers. Probeer digitalisering nu eens niet te zien als het digitaliseren van bestaande documenten, maar kijk er eens op een andere manier naar. Hoe representeer je de informatie zodat informatie tot beter inzicht en betere keuzevorming leidt?

Bij ZSM is het delen van informatie ingewikkeld in verband met de privacy. Wie heeft er toegang tot bepaalde informatie? Misschien kunnen we dat vraagstuk met een andere, bedrijfskundige bril bekijken. We zouden een aparte omgeving kunnen inrichten, een nieuwe organisatorische entiteit. Zodat mensen naast hun werk voor de politie of het OM ook bij deze netwerkorganisatie kunnen werken. Als volwaardige werknemers en collega’s. Richt bijvoorbeeld digitale pleinen in of vorm communities waarbinnen multidisciplinair, dagelijks en praktisch wordt samengewerkt. Communities van overheid, ondernemingen en burgers. Regel volgens de wet dat iedereen in deze community als volwaardig lid toegang heeft tot dezelfde informatie.”

In de volgende column wil ik graag Anniko van Santen, presentatrice van Opsporing Verzocht, en Franki Klarenbeek, hoofd van het team Opsporingscommunicatie bij de Politie, het woord geven over de vernieuwende en praktische samenwerking tussen media, burgers en overheid bij opsporing en slachtofferhulp.

Reactie toevoegen

U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.

* verplichte velden

Uw reactie mag maximaal 2000 karakters lang zijn.

Reacties

Er zijn nu geen reacties gepubliceerd.